13 januari 2020
Er was een kleine jongen die een ei vond.
Hij wist niet dat het een ei van een arend was
en legde het in het warme nest van een kip die aan het broeden was.
De eieren kwamen uit
en tussen de kuikens bevond zich ook een arendskuiken.
Omdat dit arendskuiken geen idee had, dat er nog andere mogelijkheden bestonden, groeide hij op als een kip.
Hij krabde in de grond, pikte graankorrels, kakelde en sloeg onbeholpen met zijn vleugels.
Op een zekere dag hoorde het arendsjong de machtige roep van de arend die hoog boven hem voorbij zweefde.
Hij keek op naar de schitterende vogel die majestueus boven hem rondcirkelde,
voortgedreven door de wind.
“Wat is dat?” vroeg hij aan de kip die in de buurt stond.
“Dat is de arend, de koning der vogels. Hij hoort thuis in de lucht; wij horen hier op de aarde. Wij zijn kippen.”
De arend cirkelde nog eens rond en liet voor het laatst zijn roep horen.
De jonge arend was echter weer overgegaan tot de orde van de kippendag:
kakelen en graankorrels pikken.
Hij leefde en stierf als een kip en reageerde nooit op de roepstem van de arend.
Hij strekte niet één keer zijn vleugels in de vlucht.”
(Terstegge, 2011)
Net als dit arendsjong, zijn wij als mens ook min of meer wat er van ons gemaakt is.
Aan de hand van wat wij meemaken en over ons horen zeggen,
vormen wij een bepaald beeld over onszelf.
Nu ga ik je iets heel belangrijk vertellen:
een zelfbeeld is slechts een momentopname,
geen vaststaand gegeven.
Gedurende heel ons leven kan het veranderen.
Kreeg je als kind veel kritiek over je heen?
Kon je niet echt op de volwassenen in je omgeving rekenen?
Voelde jij je afgewezen?
Werd je flink gepest?
(En nog tal van andere redenen)
Dan heb je mogelijk een negatief zelfbeeld ontwikkeld.
En dat is heel erg jammer.
Want :
een negatief zelfbeeld = een begrensde kijk op jezelf.
Kijk je vanuit dat beeld, dan spreek je vaak negatief en veroordelend over jezelf.
“Wat ik vind, is niet belangrijk.”
“Ik kan toch niets, ik hoef het niet te proberen.”
“Met mij hoef je geen rekening te houden.”
“Ik ben het niet waard dat je van me houdt.”
“Wat ben ik weer dom geweest.”
“Ik moet nog harder mijn best doen.”
Enz.
Je ziet jij je eigen talenten over het hoofd.
Voor jou bestaan ze gewoonweg niet.
Net als het arendsjong uit het verhaal hierboven, ben je niet echt jezelf.
Je maakt je constant zorgen over wat anderen van jou denken.
En je doet vooral, wat je denkt dat anderen van jou verwachten.
Hemeltje, wat een stress.
Het vreet energie, je wordt er doormoe van.
En eerlijk gezegd … zo is er geen bal aan het leven.
Ja, dan zou jij jezelf veel vrijer voelen.
Dan zou je vooral omgaan met mensen die bij jou passen.
En je zou energie overhouden om leuke dingen te doen.
Lekker in je vel.
Heerlijk ontspannen.
Alleen al van de gedachte daaraan ga je lachen.
Gelukkig zijn wij als mens in staat om aan zelfreflectie te doen.
Ont-dekken hoe we precies in elkaar zitten.
Ont-dekken = het deksel eraf halen en naar binnen kijken.
En dan afvragen “Hoe is dat bij mij? Ben ik daar blij mee of wil ik het graag anders?
En hoe wil ik het dan?”
Nou, dan heb ik super goed nieuws voor jou.
Want het is echt mogelijk om dit zelf in handen te nemen.
Jij kan er zelf voor zorgen dat er verandering in je leven komt.
Ik ga je hieronder uitleggen hoe je dat kan aanpakken.
Je zal merken dat het eigenlijk niet zo moeilijk is.
Maar eerst geef ik je wat inzicht in menselijk gedrag.
Volg je me even mee?
Alles begint bij gedachten.
Onze gedachten bepalen ons gedrag.
Omdat we op een bepaalde manier ergens over denken, gaan we daarnaar handelen.
Denk je negatief over jezelf, dan ga je negatief over jezelf praten en negatief t.o.v. jezelf doen.
Denk je realistisch over jezelf (niemand is perfect), dan ga je realistisch over jezelf praten en daarnaar handelen.
Wist jij dat gedrag aangeleerd is?
En dat je het ook weer kan afleren?
Je kan er bovendien nieuw gedrag voor in de plaats leren.
Natuurlijk kost het oefening en doorzettingsvermogen, maar het levert dan ook veel op.
Het bijzondere is, dat wij als mens, onze gedachten kunnen sturen.
Lukt het ons om negatieve gedachten bij te sturen, dan zal ons gedrag positiever worden.
Een voorbeeld.
Stel dat een kind dat graag en goed tekent, altijd te horen kreeg
“Daar ga je nooit je kost mee kunnen verdienen. Er zijn mensen die mooier kunnen tekenen dan jij. Je kan veel beter een vak leren. “
En stel dat het kind dit is gaan geloven.
Zou het dan van zichzelf denken “Ik heb talent, en ik ga later van tekenen mijn beroep van maken.”?
Waarschijnlijk niet. Het zal zich niet gemotiveerd voelen en vervolgens geen moeite meer doen.
Maar stel dat ditzelfde kind op de school een enthousiaste vakleerkracht zou hebben die telkens herhaalt
“Jij hebt echt talent. Als jij veel blijft oefenen en de juiste opleiding volgt, dan ga je daar heel wat mee kunnen bereiken.”
En stel dat het kind dit zou gaan geloven omdat een vakleerkracht er vanzelfsprekend meer verstand van moet hebben dan vader en moeder.
Dan is de kans groot dat het zich alsnog gaat inzetten om het tekentalent verder te ontwikkelen, ook al hebben de ouders nog steeds een andere mening.
Dus:
gedachte ⇒ gedrag ⇒ gevolg
! INZICHT ! negatieve gedachte ⇒ positieve gedachte
En dan zijn we nu bij het zelfonderzoek aangekomen.
Beloof jezelf eerst, dat je dit onderzoek zal doen met veel begrip en zonder oordeel,
zoals je dat bij je beste vriendin zou doen.
Begin eraan vanuit grote nieuwsgierigheid en oprechte interesse.
Neem pen en papier zodat je inzichten kan noteren.
Stel jezelf dan de volgende vragen:
- Waar word ik blij van?
Wat geeft zin aan mijn leven?
Waar kom ik graag mijn bed voor uit?- Wat geeft mij energie?
Wat gaat me vlot af?
Met welke activiteiten vliegt de tijd voorbij?
Waar krijg ik altijd complimenten voor?- Welke normen en waarden vind ik belangrijk?
Denk en handel ik daar naar?
Voor anderen? Ook voor mezelf?
En als dat niet zo is, hoe komt dat dan?- Hoe zou ik mezelf omschrijven?
Welke invloed heeft dat beeld op mijn gedrag?
Welke invloed heeft het op mijn omgeving?
Wat levert dit beeld mij uiteindelijk op?- Hoe zou ik graag willen zijn?
Welke inspanningen wil ik daarvoor doen?
Wat houd mij tegen? (gedachten, overtuigingen, oordelen, angsten, …)
Schrijf alle antwoorden netjes op.
Lees ze daarna opnieuw goed door.
Je zal tijdens deze oefening, belemmerende gedachten en overtuigingen ontdekken,
dè boosdoeners die maken dat je aan een negatief zelfbeeld vasthoudt
en niet het beste uit jezelf naar boven haalt.
Van het moment dat je jezelf daarvan bewust bent, kan je die gedachten aan de kant zetten.
Dankzij dit onderzoek kom je veel dichter bij wie je echt bent.
Ga vanaf nu je gedachten bewust sturen.
Start met een positieve gedachte over jezelf.
Je zal merken dat je vanzelf anders gaat handelen.
Komen er nog saboterende gedachten?
Spreek jezelf dan toe:
“Dit is wat ik tot nu toe heb geloofd.
Maar dit klopt niet met wie ik echt ben.
Het is nog spannend om anders naar mezelf te kijken,
maar ik laat toch die on-ware gedachten los.”
Met een gezonde portie zelfkennis in combinatie met realistische gedachten,
is het niet meer zo moeilijk om nu nieuw gedrag te gaan oefenen.
Gedrag wat bij jou past.
Wat een opluchting!
Ze wordt steeds meer zichtbaar: de echte jij.
Jouw authentieke zelf.
Eindelijk krijg je zelfvertrouwen.
Je ervaart dat gevoel van vrijheid.
En met dat nieuwe, realistischer zelfbeeld sta je voortaan een stuk sterker in het leven.
Jouw leven.
Liefde is een werkwoord. Dit spreekwoord zegt alles. De liefde is er, gewerkt zal er moeten worden. Onze relatie is in de loop van de…